Anaeroob zuiveren is een vergistingsproces. Het is een natuurlijk afbraakproces van een organisch materiaal door bacteriën.
Een belangrijk verschil met de bekende ‘vergister, mest of co-vergister’ is dat bij dit systeem vast materiaal wordt gebruikt
(mest, maïs, slib, etc.) terwijl het bij anaerboob zuiveren alleen om de afbraak van van opgelost materiaal gaat.
Het normale vergisten duurt daardoor veel langer (25-40 dagen) terwijl het anaeroob zuiveren in ca. 5 uren gebeurt.
Een enorm aantal soort bacteriën, met ieder een specifieke functie zorgen bij een temperatuur van 25-38 °C voor
het steeds verder afbreken van de koolstofketen van organisch materiaal naar CO2, waterstof H2, en azijnzuur (C2H4O2).
In de laatste fase van het proces ontstaat uit azijnzuur methaan (CH4) terwijl daarnaast ook uit waterstof en koolzuur
methaan ontstaat. De overmaat aan CO2 is echter zo groot dat dit niet allemaal met waterstof tot methaan omgevormd wordt.
Hierdoor bevat het biogas methaan en CO2. Als bijproduct ontstaat ook (vaak) H2S gas, dat verwijderd moet worden
om het biogas goed te kunnen gebruiken.
De bacterien die voor het afbraakproces zorgen groeien in korrels. Professor Lettinga van de universiteit van Wageningen
ontdekte dit proces. Vanaf de jaren 80 van de twintigste eeuw zijn anaerobe zuiveringen gebouwd, waarbij de techniek
om water en gas van elkaar te scheiden en de bacterien te behouden veel ontwikkelingen heeft doorgemaakt.
Bij het anaeroob zuiveren kunnen niet alle organische componenten worden afgebroken tot methaan. De moeilijk
afbreekbare stoffen zullen in een anaeroob proces (met zuurstof) verder verwijderd moeten worden.
Toch is het belangrijk om zoveel mogelijk anaeroob te zuiveren omdat anaeroob zuiveren energie oplevert,
terwijl ….. zuiveren meer energie kost, veel meer CO2, produceert en een bacteriestroom (slib) oplevert dat (nog)
geen nuttige toepassing heeft.